* Design

"Conventie, een soort herinnering, is het grootste beletsel om te genieten van leven en kunst".

door Piet van Bragt

Ik liep door de stationshal van het Centraal Station van Eindhoven. Tot mijn grote vreugde zag ik dat Piet Mondriaan niet ten prooi was gevallen aan de renovatie van het gebouw. Enige tijd geleden verdween bovenstaande inspirerende gedachte die met neonletters hoog aan de muur was bevestigd en die een stimulans moet zijn voor ieder die de heilige grond van Eindhoven durft te betreden. Maar de tekst is gelukkig herplaatst, het leven kan weer aanvangen. Mondriaan is weer terug.

Nog een uitspraak van iemand die kan observeren: 

'In uw hoofd bevindt zich iets wat leest. Dat ding, menselijk brein, heeft een aantal vermogens die andere dieren niet hebben. Aan die vermogens is onze dominante positie op de planeet te danken. Andere dieren hebben sterkere spieren en scherpere klauwen, maar wij hebben betere hersenen.'[1]

Met deze uitspraak begint Nick Bostrom zijn boek over superintelligentie. En hoor ik hier ook de boodschap van Piet Mondriaan in door klinken? Namelijk dat remmingen zoals conventie leven en kunst kunnen stagneren. Conventie is een vorm van beperking die de vrijheid van de gedachte van een gezonde basis ontneemt. Als we dit in verband brengen met het voor Eindhoven belangrijke gebied van ontwerp, van design,welke gedachtesprongen kunnen we dan maken? Bij het ontwikkelen van design gerelateerde vormen kan het traditionele pad van de ontwerper omgevormd worden tot een snelweg met onverwachte mogelijkheden binnen bereik. Design is dan als we in bovenstaande definities geloven,  ineens veel meer dan het fraai vormgeven van stoelpootjes, tapijtjes en huishoudelijke artikelen. Design begeeft zich op nieuwe innovatieve paden die een beroep doen op meer dan onze traditionele menselijke vaardigheden. Superintelligentie zoals Nick Bostrom zich die voorstelt, betekent dat de mens een symbiose aan zal gaan met technische mogelijkheden. Met betrekking tot design betekent dat ook de fysieke mens en zijn cognitieve capaciteiten in principe een onderwerp van design kan worden. Dit concept van design overstijgt het ontwerpen van mooie en functionele dingen en ontwikkelt zich steeds meer tot een procesmatige wijze van denken over de relaties van de mens met de toekomstige maatschappij waarin de technologie een  meer dominante rol gaat spelen. Denk aan maatschappelijke problemen die nu spelen zoals duurzaamheid, mobiliteit en  klimaat. Ergens hoor ik in de verte de gedachten van de Amerikaanse futurist Ray Kurzweil klinken, die betoogt dat het ogenblik van de singulariteit nabij is, wat het moment is dat de organische mens en kunstmatige intelligentie tot een symbiose komen met grote gevolgen voor onze intellectuele capaciteiten.[2] In de gedachtewereld van Kurzweil, maar ook in die van de Israëlische historicus Harari en de Amerikaanse filosoof Daniel Dennett, wordt  een maatschappij geschetst waarin het begrip data centraal staat en waarin het principe van ons geaccepteerde en individueel gerichte humanisme evolueert tot een humanisme dat gericht is op samenwerkingsvormen. En hoe past de kunst in dit geheel? Met deze gedachten in het achterhoofd wordt ook sluipenderwijs het traditionele waarheidgetrouwe beeld van de kunst losgelaten. Voortdurend worden steeds meer kunstvormen gerealiseerd die de directe alledaagse werkelijkheid niet meer als noodzakelijke basis beschouwen. Andere motivaties komen in beeld. De eigen persoon komt als deel van een groter maatschappelijk verband steeds meer als het unieke subject naar voren. Maar de persoon is niet meer in de eerste plaats een onderdeel van een groep, maar, en dat is essentieel, een individu dat deel uitmaakt van een groep en hun gezamenlijk gekozen richting. De huidige maatschappij creëert kansen om dat uniek eigene te exploiteren.

Dutch Design Week

Hierbij moet wel de kanttekening geplaatst worden dat voor sommige beleidsmakers deze processen soms te snel gaan en voor hen nog te complex zijn. Instituten zoals het World Wide Forum
 in Nederland en mogelijk in Eindhoven de Design Academy,  willen deze impasse doorbreken door hun procesmatige wijze van denken over mens, maatschappij en technologie ook in de politiek te laten landen. Daarbij kan men ook wijzen op de denkwijze van Yuval Noah Harari in het boek Homo Deus, waarin een maatschappij geschetst wordt waarin het begrip data centraal komt te staan en waarin het principe van ons geaccepteerde en individueel gerichte humanisme evolueert tot een humanisme dat gericht is op samenwerkingsvormen. Centraal staat bij hem de volgende gedachte die het leven een volkomen andere betekenis zal geven:

'Maar op het moment dat biologen tot de slotsom kwamen dat organismen algoritmen zijn, ontmantelden ze de barrière tussen het organische en het anorganische, waarmee ze de computerrevolutie van een zuiver mechanische kwestie tot een biologische ommekeer maakten en de soevereiniteit van individuele mensen overhevelden naar netwerken van algoritmen." [3]

Artur Zmijewski, Repetition, 2005

Als het individu zich ontdekt als uniek persoon in een maatschappelijk verband, wordt zijn perspectief op traditionele doelen en academische principes verminderd. Zoals al eerder is gesteld, is kunst dan niet meer gericht op algemeen aanvaarde doelen, maar slaat kunst nieuwe en unieke wegen in.  Het kunstwerk heeft geen directe relatie meer met andere aan de traditie gebonden kunstvormen. Het bereikt hier zijn eigen individuele nulpunt. Wat dan alleen nog  telt is de ruimte waarin het kunstwerk zich bevindt. De ruimte is het podium. Maar de ruimte, het podium, is de wereld.  Hierop richt zich de aandacht en dan is er sprake van een kunstvorm die men een installatie
 noemt. Het kunstwerk is niet meer geïsoleerd in de ruimte, maar maakt daar deel van uit en beïnvloedt het podium dat een centrum kan zijn voor communicatie, debat en democratie. De kijker, de bezoeker wordt onderworpen aan de nieuwe wetten van de installatie.

Mike Kelley -  We communicate only through our hared dismissal of the pre-linguistic, 1995

Op dat moment is de kunstenaar, de ontwerper, niet meer alleen bezig met zijn eigen obsessionele ideeën, maar ontdekt hij dat alles wat hij doet implicaties kan hebben voor het maatschappelijke debat waarin hij een rol speelt.  Zoals hiervoor al gememoreerd werd is de kunstenaar de wetgever van dit podium. Voor het ontwerp is dat een ingrijpende gedachte. Op dat moment worden wegen open gebroken, wordt het procesmatig denken essentieel en ontstaat de plicht om gebruik te maken van andere vernieuwende data wat tot nieuwe innovaties kan leiden die groter zijn dan het traditionele individuele ontwerp. Samenwerking is als gevolg een essentiële voorwaarde, gezien het feit dat men gebruik gaat maken van allerlei zich aandienende disciplines. De grote vraag is hoe de ontwerper zich in dit hectische veld staande kan houden. Zijn eigen subjectieve voorkeuren en vaardigheden zullen in een groter objectiverend geheel een plaats moeten kunnen vinden.

Praneet Soi, Srinagar 2014

Maar subjectiviteit betekent ook dat men de eigen persoonlijkheid optimaliseert met alle eigenaardigheden, emoties en idiosyncrasieën van dien. Men onderscheidt zich van de ander, van de groep en zoekt in zijn kunstbeleving zijn weg. Soms gaat men zover  dat alleen die beeldelementen
 overblijven waarin geen visuele realiteit is te ontdekken en pure abstractie kan ontstaan.  Als ontwerper, als kunstenaar krijgt men het gevoel om op de splitsing van twee wegen te staan. Maar men kan steeds een andere weg kiezen. De weg om de wereld te openen, de weg om de betrokkenheid met de realiteit gestalte te geven, of om te blijven in de eigen individuele wereld, waarin alleen talent en capaciteiten voldoende zijn. Dus we moeten kiezen: geoptimaliseerde egocentriciteit of engagement. De keuze is tussen het geïsoleerde fragment van de caleidoscoop of de mandala die de wereld omvat.

Zou Piet Mondriaan dat bedoelt hebben en kan zijn citaat in de hal van het Centraal Station profetische kwaliteiten in zich bergen?



[1] Nick Bostrom, Superintelligentie - kansen, gevaren, strategieën, 2014, pag. 11

[2] Ray Kurzweil, De singulariteit is nabij, 2005

[3] Yuval Noah Harari, Homo Deus, 2017, pag. 355

Reacties

Populaire posts van deze blog