Het jaar 2020 loopt ten einde, een jaar vol onverwachte ontwikkelingen, zowel op gebied van gezondheid en zorg, maar zeker ook in politiek opzicht. Eens schreef ik op uitnodiging een artikel over Afghanistan, een land waarin de problematiek die wij nu ervaren daar al jaren in een ongekende mate het leven bepaalt. Daarom, als afsluiting van het jaar 2020 kies ik nogmaals voor dit verhaal.



Malina Suliman

Afghanistan, Absurdistan

door Piet van Bragt

Afghanistan is het land waarover we lezen, waar we naar kijken, dat ons laat huiveren, dat ons boos maakt. Wie begrijpt dit land en alles wat daar ontstaat, ontstond, gebeurt. Wat is het perspectief? Ik las Michel Foucault, Les Mots et les Choses. In zijn voorwoord verwijst hij naar Jorge Luis Borges, de auteur die ons ontregelend leert denken. Hij citeert een tekst van Borges uit een Chinese encyclopedie.”; dieren kunnen worden verdeeld in: a) toebehorend aan de Keizer, b) gebalsemd, c) getemd, d) speenvarkens, e) zeemeerminnen, f) fabeldieren, g) zwerfhonden, h) die welke in deze classificatie zijn opgenomen, i) die welke tekeergaan als dwazen, j) ontelbare, k) die welke zijn getekend met een fijn kameelharen penseel, l) enzovoort, m) die welke net een vaas gebroken hebben, n) die welke in de verte op vliegen lijken.’[1] Waanzin zult u zeggen? Misschien. Maar wie weet ontdekken we hier een andere wereld, een ander manier om naar de dingen om ons heen te kijken en ze te classificeren.


Ahmad Wali-Q 


Ik volgde met intense belangstelling de documentaire reeks van Nathalie Righton, Volkskrant correspondente,  over extreem leven in Afghanistan. Ontregeling is daar de enige manier om de werkelijkheid te ondergaan. Nathalie Righton die vanaf het moment dat haar supermarkt is opgeblazen het beeld van een gedood negenjarig meisje met zich meedraagt, een meisje dat in haar beleving steeds meer op haarzelf gaat lijken. De absurditeit van het extreme leven neemt hier de werkelijkheid over. Misschien moeten we daar in het huidige Afghanistan geweest zijn om ons oordeel te vormen. Misschien kunnen we dan terug denken aan de absurditeit van Borges die nu in deze omstandigheden  twijfelachtig wordt.  Is de realiteit zoals wij denken dat die is? Of moeten we leren leven met een andere classificeerbare werkelijkheid? Wij willen als het Westen het verschil kunnen maken. Zo zagen we de voormalige staatssecretaris Ben Knapen een asfaltweg openen tussen de plaatsen Chora en Tarin Kowt! Ik heb het niet onderzocht, maar zou die weg nog bestaan en indien ja, wat dan nog? Is die weg voor ons een metafoor voor Afghanistan? Legitimeert die weg onze aanwezigheid daar? Wat betekenen onze miljarden euro’s?  Bereiken we iets? Begrijpen wij wat daar gebeurt in de Afghaanse ziel?  Kunnen we die ziel aanpassen aan onze standaard? Borges wordt nu als ik dit schrijf voor mij steeds legitiemer. De codes van een cultuur bepalen de empirische orde waarin men zal moeten leven. Maar er is ook een ander denkspectrum dat de orde wil verklaren. Vanuit wetenschappelijke en filosofische theorieën probeert men een universele wet te grondvesten. Tussen deze twee uiterste gebieden ligt een domein dat vager is, duisterder en nauwelijks te analyseren. En in dit domein bevindt zich die individuele cultuur die zich afzet tegen de primair opgelegde codes en ordeningen, die zich daarvan wil bevrijden en ontdekt dat achter de nieuwe spontane orde dingen zijn die uit zichzelf ontstaan: orde in zijn meest primitieve staat. Vandaar dat we spreken in dit specifieke geval van  Afghanistan, Absurdistan.


Abdul Hudood Shpoon


De Afghaanse cultuur is oud. Ze bestaat al enkele duizenden onstuimige jaren. De samenleving in dit moeilijk toegankelijke land is tribaal en nomadisch van karakter. De verschillende regio’s koesteren hun eigen cultuur en taal. Trots, religie en onafhankelijkheid zijn fundamenten van het karakter van de Afghaan. Geweld past in dit beeld als middel om de onafhankelijkheid en identiteit te kunnen bewaren. Vreemde invloeden zijn bedreigend voor een volk dat vanuit een materialistisch standpunt een ongecompliceerde levenshouding heeft. In dit geografisch moeilijk begaanbare land  ervaart men invloed als een bedreiging.

Kan kunst een functie hebben binnen dit complexe maatschappelijke proces? Als kunst ruimte biedt aan alles wat men gemakkelijk bewust of onbewust wil vergeten, kan ze die functie vervullen. Ze kan dan door haar intentie schokken, verleiden, om de voorverpakte gestandaardiseerde ideeën van de buitenwereld in twijfel te trekken, waardoor banaliteit en wreedheid worden ontmaskerd. Dit kunnen kunstenaars doen: een traditie scheppen waarin het verleden zich verbindt met de toekomstige realiteit. Dit artistieke experiment dat soms lukt en soms mislukt kan de vernietigde samenleving kansen bieden om zich te verzoenen met het verleden en die te veranderen in een abstracte gedachte van hoop dat de onderdrukte verlangens van ieder in de samenleving zichtbaar maakt. En nu, terugdenkend aan Jorge Luis Borges, kan een samenleving ontstaan met eigen classificaties, een samenleving die haar eigen identiteit heeft gevonden.


Aziz Hazara 


Het Van Abbemuseum profileert zich door ruimte te bieden aan mensen die bewust bezig zijn met cultuur in een radicaal maatschappelijke betekenis. Debat en oppositie zijn kernbegrippen. Shafiq Omar, werknemer in het museum, heeft samen met Charles Esche een project geïnitieerd om inzicht te krijgen in de conflictueuze situatie van zijn vaderland: het Afghaans Onderzoeksproject. Een onderdeel van dit project is het VAIA, de Van Abbe International Art Academy, waarin kunstprofessionals lezingen geven die online gevolgd worden door kunstenaars in verschillende Afghaanse steden.


Quasim Foshanji 


Het blijft de vraag of een museum in het Westen op een zinvolle manier kan omgaan met een land dat getekend is door conflict en beschadigde identiteit.  Een mogelijke manier is om de actuele kunst van het land te tonen. Maar er is meer. Nogmaals, het debat over kunst en cultuur, gekoppeld aan de maatschappelijke en politieke situatie, kan leiden tot meer begrip. Samen met kunstenaars moeten er wegen onderzocht worden hoe impasses worden doorbroken.  Elke gelegenheid die wordt benut is functioneel voor het proces van vernieuwde identiteitsontwikkeling. De opbouw van een nieuwe maatschappij kan alle stimulansen gebruiken..



[1] Foucault verwijst in Les Mots et les Choses (une archéologie des sciences humaines), 1966,naar Jorge Luis Borges, De Analytische taal van John Wilkins, pag.122, https://studylibnl.com/doc/1169334/borges--de-analytische-taal-van-john-wilkins-wie-is





Reacties

Populaire posts van deze blog